Terug naar overzicht

‘Spreekt Plasterk namens hele kabinet?

Minister Plasterk heeft naar aanleiding van de ‘Visienota Homoseksualiteit’ van de Vereniging Gereformeerd Schoolonderwijs (VGS) een brief naar de Tweede Kamer gestuurd, waarin hij stelt dat reformatorische scholen geen homoseksuele leraren mogen weigeren.

Met één mond

‘De cruciale vraag’, volgens Kalberg is of de brief van minister Plasterk echt ‘in de ministerraad aan de orde is geweest voordat deze naar de Kamer is gestuurd en of de inhoud van die brief moet worden aangemerkt als het standpunt van het kabinet’.

In het tv-programma Pauw en Witteman heeft minister Plastkerk onomwonden gesteld dat het ‘kabinet met één mond spreekt’ en dat zijn brief dus het kabinetsstandpunt over deze kwestie weergeeft.

Formeel klopt dat volgens Kalberg inderdaad, want ‘in officiële stukken richting de Kamer spreekt het kabinet met één mond’. Als de bewuste brief niet in de ministerraad is behandeld, dan moet de inhoud toch als het standpunt van het kabinet worden aangemerkt, zolang het van de inhoud geen afstand heeft genomen’.

Daarover moet volgens Kalberg ‘eerst duidelijkheid’ komen.

Ontoelaatbare escapades

‘Het zou overigens beschamend zijn als onder verantwoordelijkheid van een kabinet waarin vertegenwoordigers van twee christelijke partijen zitting hebben, de onderwijsvrijheid nog verder om zeep wordt geholpen’, stelt Kalberg.

Kalberg wijst er fijntjes op dat de ChristenUnie ‘nog niet heeft gereageerd op de ontoelaatbare escapades van de minister’.

Het CDA heeft wel gereageerd. CDA-Kamerlid Van Dijk heeft opgemerkt dat de brief van minister Plasterk later dit jaar behandeld zal worden. De huidige wet voldoet volgens Van Dijk prima. Een school mag volgens hem een homo niet weigeren omdat hij homo is. Dat mag volgens Van Dijk wel als de sollicitant ‘belangrijke culturele elementen’ moet overdragen, zoals een docent soms moet doen. Dat CDA-standpunt sluit aan bij de visie van Kalberg – en wijkt daarmee af van dat van minister Plasterk.

Bijkomende omstandigheden

Volgens Kalberg is niet alleen de homoseksuele gerichtheid van de docent in het geding, maar ook diens praxis. Op dat punt biedt de AWGB volgens Kalberg vanwege ‘bijkomende omstandigheden’ ruimte aan het bijzonder onderwijs om eisen te stellen aan het privé-leven van onderwijspersoneel die het ontslaan van iemand met een homoseksuele relatie wel degelijk rechtvaardigen.

Kalberg wijst daarvoor op artikel 5 lid 2c van de AWGB. ‘Het eerste lid van artikel 5 laat onverlet de vrijheid van een instelling van bijzonder onderwijs om eisen te stellen over de vervulling van een functie die, gelet op het doel van de instelling, nodig zijn voor de verwezenlijking van haar grondslag. Deze eisen mogen echter niet leiden tot onderscheid op grond van het enkele feit van politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat’, stelt Kalberg.

Volgens Kalberg laat dat ruimte om ‘verschil tussen homoseksuele gerichtheid en homoseksuele praxis’ te maken. ‘Het bestuur van een reformatorische school zal een leraar weigeren te benoemen of ontslaan, die zijn homoseksuele gerichtheid daadwerkelijk in de praktijk brengt. Een dergelijke leraar zal in het algemeen niet in staat zijn de doelstelling van de school op geloofwaardige wijze te vertolken’.
Kalberg stelt dat een reformatorische school ‘het zich tegenover ouders en leerlingen niet (kan) veroorloven om een dergelijke leraar aan te stellen of te handhaven, die een levenspraktijk voert in strijd met grondslag en doelstelling van de school’.

Dat is ook het standpunt van de VSG in hun Visienota waar minister Plasterk zich tegen gekeerd heeft. Cruciale vraag is inderdaad of de ministers van CDA en ChristenUnie dat ook zo zien…

Zie verder:

CNV Onderwijs wil debat met CDJA over grondrechten

‘Plasterk is goed bezig’, volgens Jonge Socialisten

CDA roept Plasterk nog niet op matje

CDJA roept CDA op stelling te nemen tegen Plasterk

‘CDA en CU, ga de strijd aan met ideologie Plasterk’