Terug naar overzicht
COC Nederland heeft
minister Verhagen van Buitenlandse Zaken
opgeroepen over deze ontoelaatbare intimidatie en inbreuk op fundamentele burgerrechten:
– te protesteren bij de Russisch president Vladimir Poetin en burgemeester Joeri Loesjkov van Moskou;
– te eisen dat de aanklachten ingetrokken en de gearresteerden vrij gelaten worden;
– de Nederlandse ambassade in Moskou ter plekke te laten toezien op de ontwikkelingen in deze zaak om daar op basis van eigen waarneming de Russische autoriteiten op te kunnen aanspreken.
De Gay Pride-demonstratie was net als vorig jaar door het stadsbestuur van Moskou verboden. Een beslissing die
flagrant in strijd
is met burgerrechten vastgelegd en ook door Rusland onderschreven in het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Uit door COC Nederland ontvangen berichten, van ondermeer
Scott Long van Human Rights Watch
, valt op te maken dat de arrestaties onmiddellijk zondagmorgen zijn begonnen nog voor er ook maar sprake van een poging tot het houden van een ‘verboden’ demonstratie kon zijn.
Bedreigd en gearresteerd werden de organisatoren en prominente buitenlandse waarnemers van de Moskou Pride toen zij bij het stadhuis van Moskou een petitie wilden aanbieden aan het stadsbestuur in een ultieme poging toestemming voor het houden van de Pride-demonstratie te verkrijgen.
Gearresteerd zijn
o.a. de Russische organisatoren van de Moskou Pride, waaronder Nikolai Davidov, Nikolai Khramov, Sergei Konstantinov
en
Nikolai Aleksejev
, de initiatiefnemer van de Moskou Pride.
Zij worden waarschijnlijk morgenvroeg voorgeleid om
aangeklaagd
te worden. Naar verluidt vanwege het ‘blokkeren van de straat en het beledigen van de politie’, waarvoor een straf van maximaal 15 dagen cel staat. Deze aanklacht is naar mening van het COC niet meer dan een voorwendsel om te verhullen dat het hier gaat om een brute vorm van intimidatie van een overheid tegenover burgers die voor hun rechten willen opkomen.
Gearresteerd en voor korte of langere tijd vastgehouden werden
:
– Volker Beck – lid van de Duitse Bondsdag;
– Marco Cappato – lid van het Europees Parlement;
– Ottavio Marzocchi – medewerker van de ALDE-fractie in het Europees Parlement;
– Maxim Anmeghichean – van ILGA-Europe, de Europese koepel van holebi-organisaties;
– Kurt Krickler – lid van HOSI Wien, de Oostenrijkse zusterorganisatie van het COC.
Euro-parlemenstslid
Marco Cappato
werd na vijf uur te zijn vastgehouden op het politiebureau met de hulp van de Italiaanse ambassade. Bondsdaglid
Volker Beck
raakte net als vorig jaar gewond. Hij werd ook nu weer aangevallen door een groepje ultra-nationalisten – die werden niet opgepakt, maar Beck werd zelf wel een aantal uren vastgehouden.
Daarnaast werden een aantal van de andere internationale waarnemers, waaronder Euro-parlementslid
Sophie in ’t Veld
, bedreigd door tegenstanders van de Gay Pride. Dat geweld vond plaats onder de ogen van de politie die daar niet tegen is opgetreden.
Peter Tatchell
, een internationaal bekende voorvechter van (homo)mensenrechten, is tijdens de schermutselingen gewond geraakt – _zie foto bovenaan dit bericht_.
Het recht om te demonstreren is een vanzelfsprekend burgerrecht
. Het mag niet zo zijn dat de Russische holebi-beweging voor de erkenning daarvan uiteindelijk afhankelijk is van een uitspraak van het Europese Hof van de Rechten van de Mens in Straatsburg. In navolging van
secretaris-generaal Terry Davis van de Raad van Europa
is het COC van mening dat een gang naar Straatsburg de laatste instantie is om dit fundamentele recht voor homoseksuele mannen, lesbische vrouwen, biseksuelen en transgenders zeker te stellen.
Nederland is heeft een reputatie als internationale voortrekker als het gaat om de bevordering van holebi-emancipatie Daarom is het vanzelfsprekend dat Nederland zich solidair verklaard met de gearresteerde organisatoren van de Moskou Pride en aan Rusland laat weten dat dit land, als lid van de Raad van Europa, fundamentele burgerrechten niet mag onthouden aan homoseksuele mannen, lesbische vrouwen, biseksuelen en transgenders.
De brief is in afschrift gestuurd
naar minister Plasterk, staatssecretaris Timmermans van Europese Zaken, Kamerleden en mensenrechtenambassadeur Piet de Klerk.