Terug naar overzicht
Volgens Lont hebben deze twee partijgenoten aangegeven dat het geen bezwaar is wanneer praktiserende homoseksuelen de partij publiekelijk in een functie vertegenwoordigen. Het deelraadslid uit Amsterdam noemt dat een ‘afwijkend standpunt’.
Lont wil met haar oproep, die ze gisteren verstuurde aan zevenhonderd partijleden, peilen hoeveel steun ze heeft. Ze roept de partij op ‘als christen achter de Bijbelse standpunten te staan’ en zich voor die standpunten in het publiek niet te schamen.
Lont vindt dat de ChristenUnie ‘achter Gods woord moet gaan staan en niet afspraken in de coalitie en/of afspraken welke André Rouvoet heeft gemaakt met Frank van Dalen (voorzitter van COC) als leidend kan nemen’.
De Amsterdamse vindt dat de partijtop ‘eenzijdige positieve’ informatie aan de achterban geeft over de successen in de coalitie en niet de informatie doorspeelt die Rouvoet en Blokhuis aan de buitenwereld geven over het accepteren van samenlevende stellen van gelijk geslacht. Het is volgens Lont fout gegaan toen de partij begin dit jaar regeringsverantwoordelijkheid ging dragen.
Het accepteren van de homoseksuele praxis is volgens Lont ‘in strijd met de fundamenten van de partij en zeker in strijd met de Bijbel’.
Het argument van Blokhuis dat de partij hierover geen standpunt kan innemen omdat de kerken daarover geen eenduidig standpunt hebben, snijdt volgens haar geen hout. ‘In die lijn van Peter Blokhuis denkende kunnen we alle bijbelse standpunten wegstrepen omdat binnen de kerken over alle punten wel anders gedacht wordt. Hierbij word één grote fout gemaakt, we nemen de standpunten van de kerken als uitgangspunt. NEE, we moeten Gods Woord als uitgangspunt nemen’.
Lont zegt met haar actie homoseksuelen niet te willen kwetsen, wel wil ze dat haar partij een ‘eenduidig standpunt inneemt, in lijn met de Bijbel’.
De oproep van Lont is volgens het COC in strijd met de wet. ‘Het is ronduit discriminatie’, licht COC-voorzitter
Frank van Dalen
toe. Van Dalen is daarom verbijsterd over de oproep van het Yvette Lont.
‘Maar als ze doorzet, dwingt ze de partij om een standpunt in te nemen’. Van Dalen roept de ChristenUnie daarom op de discussie over homoseksualiteit op het partijcongres te voeren. ‘Het verwijt van mevrouw Lont aan het adres van zowel Blokhuis als Rouvoet zal kleur moeten worden bekend als het gaat om homoseksualiteit in de praktijk binnen de ChristenUnie’.
Van Dalen: ‘De ChristenUnie zet in op bestrijding van homovijandigheid in maatschappij. Gelijktijdig geeft ze voortdurend signalen af dat homoseksuelen binnen de ChristenUnie niet volwaardig kunnen functioneren. Ik vind dat een affront tegen gelovige homoseksuelen die zich herkennen in de ChristenUnie’.
CU-partijleider en vice-premier
André Rouvoet
heeft geen behoefte om in dit stadium op de ontstane commotie te reageren.
Via zijn woordvoerder laat hij wel weten nooit in algemene zin te hebben gezegd voorstander te zijn van homoseksuele relaties van CU’ers. Hij heeft zich alleen opgesteld achter een persverklaring van de voorzitter van de CU Wageningen. Die zei dat er ‘formeel geen belemmering’ was voor het raadslid Heger om aan te blijven, maar dat het een ’teken van kracht’ is dat ze haar zetel opgaf.
Kenners van de CU-reglementen wijzen erop dat de actie van Lont formeel niet kan. Een afzonderlijk lid kan op het Uniecongres geen moties indienen. Daarvoor is de steun van ten minste drie kiesverenigingen noodzakelijk. Naar verluidt zou de kiesvereniging van Amsterdam, waar Lont deel van uitmaakt, niet achter de actie van het eigen deelraadslid staan.
Partijvoorzitter
Peter Blokhuis
verwerpt ’ten stelligste’ de gedachte dat de ChristenUnie niet meer Bijbelgetrouw wil zijn sinds de partij deel uitmaakt van de coalitie met PvdA en CDA. ‘Ik zal op het congres de motie ontraden’, zegt Blokhuis. Volgens hem licht Lont het punt van de samenwonende homoseksuelen er ten onrechte uit.
Tijdens het partijcongres moeten de CU-leden zich uitspreken over een gedragscode voor vertegenwoordigers van de partij. De gedragscode stelt ondermeer dat CU-politici in hun politiek en persoonlijk leven geleid worden door het Woord van God. COC Nederland is in het bijzonder bezorgd over de uitleg die aan deze zin moet worden gegeven.
Op 11 en 12 oktober jl. heeft COC Nederland met het partijbureau van de ChristenUnie gebeld om uitleg te krijgen over de interpretatie van de gedragscode. Deze uitleg is niet gegeven. De gedragscode zal onvermijdelijk leiden tot een debat over homoseksualiteit binnen de ChristenUnie, zo kondigde Van Dalen op 20 oktober jl. reeds aan in een groot interview met het Nederlands Dagblad.
‘Hoewel Blokhuis eerder liet weten zo’n debat niet te willen voeren, maakt de actie van mevrouw Lont nogmaals duidelijk dat het debat juist wel moet worden gevoerd’, stelt Van Dalen. ‘Het is tijd dat partijleider Rouvoet kleur bekent en binnen zijn partij de leiding neemt in dit debat’.
Volgens het COC heeft Nederland, maar vooral homoseksuelen met een christelijke geloofsovertuiging, het recht te weten hoe de ChristenUnie wil omgaan met homoseksualiteit in eigen kring.
‘Zeker als het Woord van God leidend moet zijn in zowel het persoonlijk als politiek leven van de CU-politici’, vindt Van Dalen. ‘Dat er nog een wereld te winnen is, blijkt wel uit de woorden van mevrouw Lont. Wij zullen het debat met interesse volgen en waar nodig van argumenten voorzien’.
Blokhuis zegt dat het oordeel over het al of niet in opspraak zijn aan de christelijke gemeente is en niet aan een politieke partij. Hij acht het weliswaar waarschijnlijk dat er geen samenwonende homoseksuelen namens de ChristenUnie een functie bekleden, maar het is niet aan de partij daar uitspraken over te doen.
‘Dat is onze verantwoordelijkheid niet’, aldus de partijvoorzitter in reactie op de brief en de motie van het deelraadslid uit Amsterdam. Blokhuis erkent dat het een ‘lastige kwestie’ betreft, waarmee ook de kerken worstelen.
Yvette Lont
hekelt de redenering van het partijbestuur in haar brief aan de zevenhonderd partijleden. Niet de standpunten van kerken, maar Gods Woord moet het uitgangspunt zijn, schrijft ze.
Oud-CU-leider
Leen van Dijke
vindt het ‘heel erg voorbarig’ om ‘met zoveel geweld’ een motie in te dienen. Hij was de achterliggende maanden nauw betrokken bij gesprekken tussen Lont en de partijtop. Van Dijke erkent dat zowel Rouvoet als Blokhuis ‘enkele ongelukkige uitspraken’ hebben gedaan.
Over die uitspraken is met Lont uitvoerig gesproken, stelt Van Dijke. ‘In die gesprekken is opgehelderd dat er geen sprake is van een veranderd partijstandpunt. Als Yvette daarvan nog steeds niet overtuigd is, zouden we opnieuw met haar kunnen spreken. Maar nu met veel tumult een motie indienen over een zo teer onderwerp, dat is niet de goede weg’.
Lont en haar woordvoerder Kas willen in dit stadium geen commentaar geven.
De motie van Lont is een reactie op een tweetal zaken. Lont schreef eind augustus in deze krant een opinieartikel onder de kop ‘Andere weg voor homo’s’. Ze schreef dat God ‘deze zonde haat’ en dat die zonde ‘de geestelijke dood verdient’. Over die laatste term ontstond ophef. Vanuit het COC werd daartegen actie gevoerd en Lont kreeg tal van bedreigende mails. Ook door de partijtop werd ze verzocht zich niet op die wijze uit te laten. Ze zou haar stuk als evangelisch voorganger hebben geschreven en niet als politica.
Lont bood vervolgens in een brief aan enkele homo-organisaties haar excuses aan en zei nooit de bedoeling te hebben gehad om te kwetsen. Het Amsterdamse deelraadslid gaf vervolgens aan zich door het partijbestuur ‘belemmerd’ te voelen in haar werk als politica. Ze constateerde in deze krant ‘dat dit punt kennelijk zeer gevoelig ligt, zeker wanneer de homobeweging op de achterste benen staat’.
De tweede aanleiding voor Lonts actie is het terugtreden van het Wageningse CU-raadslid Monique Heger, eind september. Heger trad terug omdat ze binnen de steunfractie van de ChristenUnie onvoldoende draagvlak voelde om door te gaan als raadslid nadat ze bekend had gemaakt te gaan samenwonen met haar vriendin.
Zie voor meer informatie ons dossier ChristenUnie.