Terug naar overzicht
In een brief aan de Kamer (13 april 2010) liet minister Klink weten dat hij niet bereid is om de behandeling van secundaire geslachtskenmerken bij transgenders – zoals borstconstructies – weer te vergoeden.
COC en TNN hebben de Kamerleden per brief dringend opgeroepen om een motie om deze vergoeding voor transgenders alsnog in het basispakket op te nemen te steunen. Daar zijn goede argumenten voor die eerder door een Kamermeerderheid gesteund werden. Donderdag 22 april a.s. wordt in de Kamer over deze motie gestemd.
Goed af te bakenen groep
In tegenstelling tot zijn argumentatie in eerdere brieven over dit onderwerp, geeft minister Klink nu toe dat transgenders een in de regelgeving goed af te bakenen groep vormen. Ondanks het feit dat daarmee het risico wordt uitgesloten dat anderen (zoals vrouwen die grotere borsten willen) een beroep op een regeling voor transgenders zullen doen, wijst de minister dat toch af.
Verwaarloosbare kosten
De kosten voor deze maatregel zijn verwaarloosbaar op het totaal van de zorgbegroting: het gaat om niet meer dan 125.000 tot 250.000 euro. Zoals het COC al eerder aangaf betreft het minder dan honderd personen per jaar. Ook het door de regering gehanteerde argument dat deze maatregel financieel niet verantwoord zou zijn, snijdt dus geen hout.
Oproep VN-comité en CGB
Verder wijzen COC en TNN er de Kamerleden op dat het VN-Vrouwenrechten Comité (CEDAW), in haar recente rapport over Nederland, de regering oproept secundaire geslachtskenmerken voor transgenders weer te vergoeden. De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) heeft de minister van Volksgezondheid hiertoe al in het najaar van 2009 opgeroepen, naar aanleiding van twee recente oordelen.
Essentieel
Behandeling van de secundaire geslachtskenmerken zijn voor transgenders essentieel voor een geslaagd transitieproces. Of transgenders hun lichaam in overeenstemming kunnen brengen met hun beleefde identiteit zou niet afhankelijk mogen zijn van de vraag of zij zich dat kunnen veroorloven.
Uitstel
UPDATE – de stemming over de motie is op procedurele gronden uitgesteld. Vlak voor de behandeling bleek dat een motie niet langer dan twee maanden kan worden aangehouden. D66 wil binnenkort een nieuwe motie indienen.
Voorlopig is echter door de Kamercommissie Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) besloten deze kwestie pas weer te agenderen in het kader van een debat over het standpunt van het kabinet over het hele stelsel van zorgvergoedingen. Naar verwachting zal het kabinet met dat standpunt in mei komen.
Zie ook: