Interlandelijke adoptie – winst én dreigend verlies
Paren van gelijk geslacht die een kind uit het buitenland willen adopteren, hoeven niet meer de bestaande procedure te volgen door eerst een eenouderadoptieverzoek in te dienen en die te laten volgen door een verzoek tot adoptie door de partner. Voorwaarde is wel dat het land van herkomst een kind beschikbaar stelt voor adoptie door paren van gelijk geslacht.
Is dit niet het geval, en staat het land van herkomst adoptie door één van de personen van gelijk geslacht wel toe dan kan met ingang van het nieuwe jaar de adoptant al na één jaar ouder worden en de verzorging en opvoeding van het kind op zich nemen. Deze termijn is nu nog drie jaar. Vervolgens kan de partner van de adoptant het buitenlandse kind adopteren, maar dan moeten zij het kind in dat jaar wel gezamenlijk hebben verzorgd en opgevoed. Opeenvolgende adopties kunnen dus aanzienlijk sneller door de rechter worden uitgesproken. Adoptie door de partner is geen kwestie meer van jarenlang wachten.
COC Nederland ziet deze wetswijziging als winst, maar in de praktijk kan dat een lege huls blijken te zijn, omdat homo- en lesbische paren vooral uit de Verenigde Staten een kind adopteren en de mogelijkheid daarvoor slechter wordt.
Omdat Nederland en Amerika per 1 april jl. het Haags Adoptieverdrag getekend hebben én door het kabinetsvoorstel deelbemiddeling af te schaffen, dreigt het in de praktijk bijna onmogelijk te worden voor homo- en lesbische paren om een kind uit het buitenland te adopteren. Het oplossen van dit probleem wordt een belangrijke prioriteit voor de lobby van COC Nederland in 2009.
Lesbische paren – winst én nieuwe wetgeving op komst
De adoptieregels worden ook gewijzigd in het geval het kind is of wordt geboren in een lesbische relatie en de partner van de moeder van het kind wil adopteren. Hiervoor is niet meer vereist dat moeder en partner voor het verzoek tot adoptie drie jaren hebben samengewoond. Bovendien kan de adoptie in dit geval terugwerkende kracht hebben.
COC Nederland heeft de afgelopen jaren gepleit voor deze wetswijzigingen die nu hun beslag krijgen. In 2009 volgt nog wetgeving voor een belangrijk onderdeel van deze lobby, namelijk de versterking van de juridische positie van de zogenaamde lesbische meemoeder.
Het kabinet heeft toegezegd daarvoor dit voorjaar met een wetsvoorstel te komen, dat na Kamerbehandeling nog in 2009 ingevoerd kan worden.