Dat schrijft Michel Rog in een open brief in het Nederlands Dagblad_. De CNV Onderwijs-voorzitter schrijft ‘verrast en verbaasd’ kennisgenomen te hebben van het standpunt van het CDJA.
Verrast, omdat het CNV Onderwijs ‘de strekking van het CDJA betoog eerder van de kant van de jongerenorganisaties van de ChristenUnie of de SGP had verwacht’.
Verbaasd, omdat het CNV Onderwijs had gedacht dat het CDJA ‘als open en kritisch denkende politieke jongerenorganisatie meer oog zouden hebben voor de positie van het onderwijspersoneel in het bijzonder onderwijs’.
‘Uiteraard is ook voor CNV Onderwijs de vrijheid van onderwijs een groot goed dat gekoesterd moet worden. Vanuit onze worteling in de christelijk sociale beweging is dit voor ons een historische opdracht’, schrijft Rog. Maar tegelijk staat CNV Onderwijs voor de belangen van de werknemers in het onderwijs.
Rog stelt onomwonden dat de _Visienota (homo)seksualiteit van de Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs (VGS) duidelijk maakt ‘dat in het reformatorisch onderwijs deze vrijheid wringt met de persoonlijke levenssfeer van de leraar’.
De CNV Onderwijs-voorzitter laat er geen misverstand over bestaan.
‘Ik ben echter van mening dat er in het bijzonder onderwijs geen ruimte is voor actieve of passieve discriminatie of uitsluiting van onderwijspersoneel op basis van seksuele geaardheid. Het geeft geen pas als de schoolleiding tot achter de voordeur van het personeel bepaalt hoe het liefdesleven moet worden ingericht!’
Het debat draait in feite om een afweging van botsende grondrechten – artikel 23 over de onderwijsvrijheid en het non-discriminatiebeginsel in artikel 1 van de Grondwet.
‘In die afweging zou geen enkel grondwetsartikel meer waarde hebben dan een ander. Blijkbaar is in jullie eigen afweging artikel 23 wel van meer waarde gebleken dan artikel 1, aangezien jullie de vrijheid van onderwijs stellen boven het beginsel van non-discriminatie uit artikel 1’, concludeert de CNV Onderwijs-voorzitter over het CDJA-standpunt in zijn open brief.
‘CNV Onderwijs is van mening dat ook voor het reformatorisch onderwijs de vrijheid van onderwijs, inclusief een eigenstandig benoemingsbeleid, gehandhaafd moet worden. Maar dat betekent niet dat daarmee andere wetgeving die evenzeer voortvloeit uit onze grondwet van ondergeschikt belang is. Ook het reformatorisch onderwijs heeft zich te houden aan de bepalingen in de Algemene Wet Gelijke Behandeling en andere relevante wettelijke kaders’.
CNV Onderwijs nodigt daarom het CDJA uit voor een gesprek waarin de afweging tussen de vrijheid van onderwijs en de positie van homoseksuele mannen en vrouwen in het bijzonder onderwijs centraal staat.
Naast het CDJA hebben ook de SGP-jongeren en de Jonge Socialisten in de PvdA zich over deze kwestie uitgesproken. Het debat is relevant omdat het kabinet dit jaar een standpunt moet bepalen vanwege de wettelijke verplichte vijfjaarlijkse evaluatie van de Algemene Wet Gelijke Behandeling. Dat standpunt wordt nog voor het eind van dit jaar verwacht.
Zie ook:
‘Plasterk is goed bezig’, volgens Jonge Socialisten
CDA roept Plasterk nog niet op matje