De Senaat heeft met een zeer ruime meerderheid (80-16) ingestemd met een budget van 50 miljard dollars voor PEPFAR (Presidential Emergency Plan for AIDS Relief), het aidshulpplan van president Bush. Het grootste deel van dit geld gaat naar hiv-preventie en de behandeling van aids, maar een aanzienlijk deel zal ook gebruikt worden voor de bestrijding van tuberculose en malaria. Vooral landen in Afrika en het Caribische gebied zullen daar van profiteren.
De Republikeinse senator Gordon Smith en de Democratische senator John Kerry hebben aan PEPFAR een amendement toegevoegd waarmee een bepaling in de Amerikaanse immigratiewet die aan buitenlandse seropositieven en aidspatienten de toegang tot Amerika ontzegd, wordt ingetrokken.
Op dit moment geldt dat zij op grond van die bepaling als ‘ontoelaatbaar’ worden beschouwd, waardoor hen niet enkel een permanente verblijfsvergunning, maar zelfs een toeristenvisum geweigerd wordt. Er worden wel uitzonderingen gemaakt op deze bepaling in de immigratiewet, maar het is buitengewoon moeilijk om de juiste papieren daarvoor te krijgen.
Met de stemming in de Senaat is het verbod echer niet automatisch opgeheven. Op grond van de stemuitslag kan het Amerikaanse ministerie van Volksgezondheid de inreisbeperkingen voor seropositieven en aidspatienten nu gaan opheffen. Het is echter niet zeker of president Bush dit besluit zal laten nemen of dat hij dit overlaat aan de nieuwe president die januari volgend jaar aantreedt.
Bovendien moet dit amendement op PEPFAR ook nog besproken worden in het Huis van Afgevaardigden die eerder zonder deze bepaling met de wet instemde.
Woordvoerders van Amerikaanse holebi/transgenderorgansaties zijn verheugd met het besluit van de Senaat. ‘Het Congres heeft eindelijk ingestemd met het opheffen van een inreisverbod dat gebaseerd was op mythes en misinformatie’, zegt Rachel Tiven, directeur van Immigration Equality. ‘De Verenigde Staten heeft mensen met hiv verboden het land binnen te komen, al was het maar voor een dag’.
In de afgelopen jaren is toenemende druk op Amerika uitgeoefend om het verbod op te heffen. Zowel secretaris-generaal Ban Ki Moon als de Europese Commissie en het Europees Parlement hebben daar op aangedrongen.
Het Amerikaanse inreisverbod stamt uit 1987 en kreeg in 1993 kracht van wet. Het verbod kreeg begin jaren negentig in Nederland veel aandacht toen Hans Paul Verhoef vanwege zijn serostatus de toegang naar Amerika werd geweigerd waar hij een aidsconferentie wilde bijwonen. Sindsdien worden er vanwege het verbod geen internationale aidsconferenties in de Verenigde Staten gehouden.
De Verengde Staten zijn nu nog één van de dertien landen met een inreisverbod voor seropostieven en aidspatienten. De andere landen zijn ondermeer Irak, Saoedi-Arabië en Soedan. Volgens UNAIDS, de aidspreventieorganisatie van de Verenigde Naties, zijn er 74 landen die seropositieven en aidspatienten reisbeperkende maatregelen opleggen, waaronder de verplichting het hebben van aids in hun paspoort te vermelden.