Terug naar overzicht
‘Als vice-premier kan hij simpelweg niet volledig namens de partij spreken, want dat brengt turbulentie in de coalitie. Daarnaast heeft hij niet de tijd om zijn werk als politiek leider te doen’, schrijft de voorzitter van PerspectieF. Zijn voorstel komt niet voort uit wantrouwen, ‘maar vanwege praktische en theoretische ondeelbaarheid van functies’.
In de periode waarin de ChristenUnie aan het kabinet deelneemt, heeft Havelaar nu tenminste driemaal een zaak uit de hand zien lopen doordat de partijtop de kwestie te lang liet liggen.
Havelaar noemt de ophef rond de bikiniposter in Utrecht, waartegen de lokale CU-fractie in het geweer kwam, de weigerambtenaren en nu de homokwestie, die vorige week in alle hevigheid losbarstte na uitspraken van het Amsterdamse CU-deelraadslid Yvette Lont.
In de optiek van Havelaar ging de kwestie over niet meer dan een lokale politicus die aankondigde een motie in te dienen. ‘Doordat er niet krachtig werd opgetreden, gaf de partijtop ruimte aan radioprogramma’s met onderzoekjes te komen en kregen kranten de mogelijkheid koppen als ‘grote verdeeldheid in de ChristenUnie’ te produceren’, schrijft
Rogier Havelaar
.
Door gebrek aan regie en leiderschap kon het volgens Havelaar gebeuren dat Jan met de Pet de privéopvatting van Yvette Lont aanzag voor de partijmening.
‘Wanneer de regie bij één persoon, bijvoorbeeld bij Slob, gelegen had, was de crisis rondom Lont nooit zo geëscaleerd als nu. Er had krachtig ingegrepen kunnen worden in de richting van de media – een duidelijk persbericht, met een duidelijk aanspreekpunt – en Slob had direct contact kunnen zoeken met Lont en de media om de ChristenUnie-lijn duidelijk te maken. Nu werd dat overgelaten aan oud-partijprominenten als Leerling en Veling die in de media meer te vinden waren dan actieve partijprominenten’. En Havelaar zelf natuurlijk, die eveneens veelvuldig voor commentaar in de media is komen opdraven.
Het wordt tijd dat de partij snel duidelijkheid geeft over deze zaak, vindt de voorzitter van de CU-jongeren. ‘De partij dient dat op een heldere manier te brengen. De fractieleider in de Tweede Kamer is daar dé aangewezen persoon voor’.
Arie Slob laat desgevraagd weten dat hij zich ‘zeer vereerd’ voelt, maar geen plannen heeft om het partijleiderschap over te nemen.
‘Interne discussies over het leiderschap laat ik graag over aan andere partijen’. Slob zegt ‘niet gelukkig’ te zijn met de gang van zaken, maar vindt ook dat de partij adequaat op het initiatief van Lont heeft gereageerd. ‘Het is in elk geval een illusie om te denken dat het anders was verlopen als ik partijleider was geweest’.
Er moet snel wat veranderen, schrijft Havelaar. ‘Want als dit de manier is waarop de partij met commotie omgaat, wil ik niet weten hoe de partij acteert tijdens echte crísis’.
Zie voor meer informatie het dossier ChristenUnie.